Skip to content

“Ik sla al je tanden uit je bek”

Niets is zo fijn voor een advocaat als geneuzel over wat woorden zouden kunnen betekenen. Op 21 februari 2023 wees de Hoge Raad arrest in een interessante zaak voor de dagelijkse praktijk over wat wel en wat geen strafrechtelijke bedreiging oplevert.

Casus

Wat is er aan de hand? Twee handhavers van een niet nader genoemde gemeente waren aanwezig bij locatie waar was gebouwd in kennelijke afwijking van de bouwvergunning. De handhavers gingen naar de locatie om een bouwstop af te kondigen. De bewoner was daar kennelijk niet geheel van gediend en schreeuwde volgens de handhavers onder andere ““Rot op anders sla ik al je tanden uit je kanker bek”

Het Gerechtshof Amsterdam veroordeelt de man voor bedreiging en legt hem een geldboete van € 350 op.

Standpunt verdediging

De man stelt cassatie in bij de Hoge Raad en voert daar onder andere aan dat gebitsschade niet zonder meer kan worden aangemerkt als zwaar lichamelijk letsel en het hof specifieke vaststellingen met betrekking tot noodzaak en aard van medisch ingrijpen achterwege heeft gelaten. Bedreiging met een “eenvoudige mishandeling” is in principe niet strafbaar. Dat is slechts het geval als er gedreigd wordt met openlijk geweld, verkrachting, zware mishandeling of enkele andere zware misdrijven. Dit blogje gaat over die stelling.

Advocaat-Generaal

De advocaat-generaal, een adviseur van de Hoge Raad, is het niet eens met de verdediging. Hiervoor gaat hij eerst uitgebreid in wat wel en wat geen zwaar lichamelijk letsel oplevert. Dit alles conform een overzichtsarrest van de Hoge Raad uit 2018 waarin de Hoge Raad enkele gezichtspunten worden gegeven voor de vaststelling of sprake is van zwaar lichamelijk letsel. In dat arrest werden als gezichtspunten onder andere aangemerkt de aard van het letsel, de eventuele noodzaak en aard van medisch ingrijpen en het uitzicht op (volledig) herstel.

De Advocaat-Generaal past arrest als volgt toe op een eventuele bedreiging met zwaar lichamelijk letsel:

“Of met een in artikel 285 Sr genoemd misdrijf, zoals zware mishandeling, is gedreigd, hangt niet altijd uitsluitend af van de gebezigde woorden of de gepleegde handeling . De inhoud of de aard van de uitlating zelf speelt een rol, maar daarnaast is eveneens ruimte voor een contextuele benadering. Ook de omstandigheden waaronder de uiting is gedaan en de hoedanigheid van degene voor wie de bedreiging is bedoeld kunnen bijvoorbeeld bepalend zijn bij de beoordeling van het strafbare karakter van de uiting. De omstandigheid dat de verdachte op het moment van uiten van bedreigingen kwaad was en zich door deze emotie wellicht heeft laten meeslepen, staat aan het aannemen van een redelijke vrees niet in de weg. Slechts als in de gegeven omstandigheden de gebezigde woorden moeten worden opgevat als een onbeheerste uiting van woede of frustratie, waardoor de bedreiging niet (meer) van dien aard is dat bij de betrokkene in redelijkheid de vrees kon ontstaan dat de bedreiging ten uitvoer zou kunnen worden gelegd, kunnen dergelijke woorden (c.q. de tenuitvoerlegging ervan) als ongeloofwaardig en daarmee als niet-strafbaar worden beschouwd.”

Praktisch beschouwd levert dit volgens de advocaat-generaal het volgende op:

“Met de stellers van het middel ben ik het eens dat gebitsschade niet zonder meer als zwaar lichamelijk letsel kan worden aangemerkt. Dat hoeft echter niet tot het oordeel te leiden dat de bewezenverklaring in het onderhavige geval getuigt van een onjuiste rechtsopvatting of onbegrijpelijk is. Het oordeel van het hof dat dreigen met het slaan van alle tanden uit iemands mond, mede in aanmerking genomen de feiten en omstandigheden waaronder dat heeft plaatsgevonden, in redelijkheid de vrees opwekt dat betrokkenen zwaar lichamelijk letsel kunnen bekomen, is niet onbegrijpelijk. Het behoeft geen betoog dat het slaan van alle tanden uit iemands mond niet op een lijn kan worden gesteld met gebitsschade die bestaat uit het eruit slaan van (slechts) enkele tanden.

Verder overweegt de advocaat-generaal dat bewezen is verklaard dat het genoemde dreigement wel een zware mishandeling kan opleveren. Dit hoeft niet onomstotelijk vast te staan. Het gaat hier meer om de mogelijkheid dat iets kan gebeuren, dan dat dat daadwerkelijk gebeurt. Het gaat bij een bedreiging vooral om de vrees die kan ontstaan dat iemand zwaar lichamelijk letsel zou kunnen oplopen.

Hoge Raad

De Hoge Raad is het geheel eens met de advocaat-generaal, maar maakt het een stuk simpeler:

“Het cassatiemiddel berust op de opvatting dat – nu bij het daadwerkelijk toebrengen van gebitsschade niet zonder meer sprake hoeft te zijn van ‘zwaar lichamelijk letsel’ (vgl. HR 3 juli 2018, ECLI:NL:HR:2018:1051) – het hof nadere vaststellingen had moeten doen over in het bijzonder de noodzaak en de aard van het medisch (tandheelkundig) ingrijpen. Die opvatting vindt geen steun in het recht. In het arrest van de Hoge Raad van 3 juli 2018, ECLI:NL:HR:2018:1051 zijn regels gegeven voor de beantwoording van de vraag of daadwerkelijk opgelopen lichamelijk letsel als zwaar lichamelijk letsel kan worden aangemerkt. Het gaat echter bij het misdrijf bedreiging met zwaar lichamelijk letsel niet om het daadwerkelijk toebrengen van zodanig letsel, maar om de vraag of bij de betrokkene als gevolg van de uitlatingen en/of de gedragingen van de verdachte in redelijkheid de vrees kon ontstaan dat de betrokkene zwaar lichamelijk letsel zou kunnen oplopen.”

Advies

Bij een strafrechtelijke bedreiging komt het nogal eens aan op de woorden die men gebruikt. Als er slechts een gedreigd wordt met een “eenvoudige” mishandeling, kan je niet zomaar veroordeeld worden. Jammer genoeg is men bij het uiten van een bedreiging doorgaans niet rationeel genoeg om te bedenken of bedreigd wordt met zwaar lichamelijk letsel of gewoon letsel.

Wij zijn een advocatenkantoor gevestigd in Bussum (Gemeente Gooise Meren), maar houden praktijk door heel Nederland. Michiel Schimmel heeft veel ervaring met de bijstand van zowel verdachten als slachtoffers van zedenfeiten in iedere fase van het strafproces.

Je kan gerust en geheel vrijblijvend contact met hem opnemen via michiel@hameradvocaten.nl of via 035 69 44 8 33.

Mocht je willen weten of je in aanmerking komt voor pro deo rechtsbijstand, kijk dan hier of bel gewoon een.

Wij zijn gevestigd in Bussum (gemeente Gooise Meren) maar komen bij alle rechtbanken in het land. Verder hebben wij er geen probleem mee om via ZOOM af te spreken als dit beter uitkomt.

politieauto