Skip to content

Soms mag je niet zonder advocaat naar de zitting

In een arrest van 26 januari 2021 heeft de Hoge Raad besloten dat het Gerechtshof De Haag de verdachte opnieuw dient te berechten vanwege het volgende.

Aan de verdachte was een advocaat toegewezen door het Gerechtshof omdat het hof van mening was dat de verdachte niet in staat is om zijn eigen belangen te behartigen. De advocaat diende als raadsman op te treden voor de verdachte, maar heeft dit niet gedaan doordat hij zonder zijn toga te dragen plaats heeft genomen op de publieke tribune van de zittingszaal. Daarnaast heeft hij niet ten behoeve van de verdachte het woord tot verdediging gevoerd en heeft hij voorafgaand aan het requisitoir van de advocaat-generaal bij het hof de zittingszaal verlaten. Omdat de beslissing van de rechter om de verdachte een advocaat toe te wijzen beruste op het feit dat de verdachte niet in staat was om zijn eigen belangen te behartigen, had het hof onder deze omstandigheden de zaak niet mogen berechten en het onderzoek ter terechtzitting niet mogen sluiten.

Wet- en regelgeving

Normaal gesproken heeft een verdachte de vrije keuze of hij zich in het proces wil laten bijstaan door een advocaat of zelf de verdediging wil voeren. De beslissing van de rechter om de verdachte een raadsman toe te wijzen is gelegen in de artikelen 509a en 509c van het Wetboek van Strafvordering.

Indien een verdachte een psychische aandoening, psychogeriatrische aandoening of een verstandelijke beperking heeft, ligt dit anders. Artikel 509a Sv bepaalt dat de rechter kan bepalen dat een verdachte die geestelijke of psychologische problematiek heeft een advocaat toegewezen kan krijgen om zijn belangen te behartigen.

Artikel 509c Sv bepaalt dat de rechter het bestuur van de raad voor de rechtsbijstand bevoegd is de verdachte een raadsman toe te wijzen om zijn belangen te behartigen. Als een advocaat op grond van 509a Sv is toegewezen, dan is de raadsman bevoegd en gehouden op te treden, ook al geeft de verdachte te kennen dat hij geen rechtsbijstand wenst of zich niet kan verenigen met de wijze waarop de raadsman aan die bijstand invulling geeft. Dit oordeelde de Hoge Raad reeds in 2009.[1] . Met dit artikel is beoogd om verdachten die niet in staat moeten worden geacht hun positie in het strafproces te bepalen, te verzekeren van een effectieve verdediging. 

Toepassing

Het is een verplichting van de advocaat om de belangen van de verdachte te behartigen. Indien de verdachte het niet eens met de toewijzing van de advocaat dient deze alsnog als de advocaat op te treden voor de verdachte indien de advocaat op grond van 509a Sv is aangewezen.

Dit betekent dat hij de verdachte dient bij te staan al zijn advocaat en niet zonder toga plaats kan nemen op de publieke tribune. De Hoge Raad stelt dan ook dat het hof onder deze omstandigheden niet de zaak had mogen behandelen.

Conclusie

Heeft u een advocaat nodig die u belangen behartigd tijdens de zitting. Neem dan contact op met de strafrechtadvocaat bij Hamer Advocaten. Michiel Schimmel is via michiel@hameradvocaten.nl of telefonisch via 035 69 44 8 33 bereikbaar.

Hamer Advocaten
Hamer Advocaten